Siem Reap

Dag 16 vrijdag 27 januari Siem Reap.

Om alle tempels in drie dagen te zien, moeten we de eerste dag flink aanpoten. Vandaag maken we qua fietsen de meeste kilometers(uiteindelijk 50km). We nemen eerst de tempels die wat verder weg liggen. Op dag 2 kunnen we dan de tempels doen die aan de buitenring liggen. De laatste dag is dan voor Angkor Wat en Angkor Thom.
Ons eerste doel is de Bakong Tempel behorende tot de Roluos groep, 15 km ten oosten van Siem Reap gelegen. We fietsen door het drukke stadsverkeer, gelukkig zijn we als Nederlander wel wat gewend. Het stadsverkeer neemt langzaam maar zeker af totdat we in landelijk gebied fietsen. De asfaltweg is een zandweg geworden en wordt zelfs een zandpad. De omgeving is prachtig. Het land is drassig en open. We zien zeboes door het drassige land waden.

We komen door kleine nederzettingen waar we worden begroet en toegezwaaid. Het mag duidelijk zijn dat maar weinig toeristen deze tempels fietsend zullen doen. We moeten nog een km omrijden omdat de brug over het water stuk is. Na 1 uur door het prachtige landelijke gebied gefietst te hebben, komen we bij de Bakong tempel aan. De tempel is piramidevormig met 5 niveaus en kent een aantal bakstenen torens. De steentjes zien er profi uit en dat voor een tempel uit de 9e eeuw.
We fietsen verder noordwaarts naar de nabij gelegen tempel Preah Ko, bestaande uit 3 mannelijke en 3 vrouwelijke torens.

Voor de volgende tempel, de Banteay Srei, moeten we 15 km naar het noorden fietsen.
Opnieuw een mooie tocht door het achterland van Siem Reap.
Na deze tempel bezoeken we nog de Eastern Medon en de Prae Roup. Alle tempels hebben zo hun eigen karakter en charme. Het is behoorlijk indrukwekkend en dan moeten de grootste tempels nog komen.
Vanaf hier is het ongeveer 13 km terugfietsen onder tropische temperaturen. We volgen de kortste weg m.b.v. de GPS. Het kan dan gebeuren dat je in een gribus terechtkomt. Vlak voor Siem Reap rijden we over een zandweg met alleen maar kuilen, overal ligt afval, het is er druk met mensen die vooral aan het feestvieren zijn. Gelukkig worden we verder niet lastig gevallen. Ook de honden blijken hier opvallend gedisciplineerd te zijn maar de volgende keer volgen we toch liever de makkelijkere begaanbare wegen.
Rond 4 uur zijn we uitgeput terug bij het hotel en nemen we een massage van 1 uur. We eten iets verderop in de straat bij een wat chiquer restaurant dat helaas maar weinig mensen trekt want het eten is prima.

Dag 17 zaterdag 28 januari Siem Reap.

Na het goede ontbijtbuffet fietsen we naar onze eerste tempel van vandaag, de Prasat Kravan. We zitten daarmee op de buitenste geasfalteerde ring, een stuk makkelijker fietsen dan de zandpaden van gisteren. We bekijken behoorlijk wat tempels die allemaal anders zijn en stuk voor stuk imponerend. We gaan overal naar binnen en genieten van de prachtige antieke Khmer-architectuur.
Vaak zijn er in de muren Boeddhistische verhalen uitgehakt. We leren veel over de vele goden en hun gevechten.
Beroemd is Angkor Thum vanwege de overwoekering van de natuur. Grote wortels van bomen groeien bovenop de muren van de tempel.

Het is hier ook zo druk dat het binnen in de tempel filelopen is. Neak Pean is een zeer bescheiden monument maar heeft een fantastische ligging in het water met een lange vlonder als toegangsweg. Het ligt in een kunstmatig meer dat ons doet denken aan het Arameer in Brazilië alleen dan zonder ara’s. Er zitten wel overal papegaaien.

Rond een uur of 3 zijn we tempelmoe en fietsen we via Angkor Thom naar huis.
Bij Angkor Thom is het een gekkenhuis. Het verkeer is helemaal vastgelopen. Misschien komt het door het weekend, we hebben veel mensen langs de kant in de bossen zien picknicken. Er lopen olifanten rond om mensen de tempelberg op te brengen, er rijden honderden tuktuks, er zijn veel auto’s (SUV’s) en er zijn wat fietsers. Angkor Thom blijkt ook het domein van een apenkolonie te zijn.
We halen met de fiets alle auto’s in. Een beter idee is het om Angkor Thom autovrij te maken. Het is vrij kansloos zo.
Om 4 uur zijn we weer bij ons hotel voor een frisse duik.
Omdat we het stadje nog niet bekeken hebben, gaan we uit eten in het centrum. Wat blijkt, Siem Reap is een feeststad. De straten zijn overvol met toeristen, alle restaurants zitten vol en er is zeer veel verlichting. De restaurantstraat is omgedoopt tot pubstreet. Je zou dit eerder op een strandlocatie verwachten. Het gaat hier toch om toeristen die een culturele bestemming hebben. Het is wel leuk om even te zien dat er 1 km van ons hotel een totaal andere wereld is.
We hebben mazzel met een tafel op de 2e verdieping met uitzicht op de feestelijke straat. De mijnslachtoffers die we bij de ingangen van de parken hadden gezien, zorgen voor de muziek. Aan de overkant worden voetmassages gegeven. Alle 20 bedden zijn bezet.
Na de maaltijd lopen we nog wat rond en nemen een lekkere koffie bij een Starbuckskloon.

Dag 18 zondag 29 januari Siem Reap.

Angkor Wat is een van de beroemdste gebouwen ter wereld. Aanvankelijk dacht ik dat het geheel Angkor Wat heet maar het geheel wordt de tempels van Angkor genoemd.
Het gebouw siert ook de vlag van Cambodja. We zitten al om half 8 op de fiets en zijn inderdaad de echte drukte vooruit. Het gebouw heeft een brede tempelgracht, 5 torens waarvan de middelste het grootste is en heel veel goed bewaarde snijwerken. De beroemdste foto is die van Angkor Wat gespiegeld in het water, helaas heb ik geen idee waar die foto genomen is. Vanaf de tempelgracht is het gebouw niet te zien. We hebben pech met het licht. De zon staat achter Angkor Wat maar ik heb geen zin om vanmiddag voor een beter plaatje terug te komen. Het snijwerk van de buitenste galerij is inderdaad van goede kwaliteit. We zien een hoop gevechtscènes maar ook een beeltenis van het karnen van de melkzee dat het eeuwige leven zou moeten opleveren. Vanaf de zijkant van het gebouw hebben we wel goed licht om de torens erop te zetten.
Om bovenin de grootste toren te komen, moeten we een halfuur in de rij staan. We doden de tijd met een gesprek met 2 kosmopolitische Sri Lankanen die voor ons staan.
Rond half elf verlaten we Angkor Wat. Vlak voor Angkor Thom nemen we de tempelberg, de Phnom Bakheng mee. Hier kunnen toeristen de berg beklimmen op de rug van een olifant. Op de berg worden maar 300 mensen toegelaten. Die komen vooral bij zonsondergang omdat je vanaf hier zicht op Angkor Wat hebt. Rond elf uur zijn we bij Angkor Thom aanbeland. De toegangspoort is versierd met reuzen in gevecht met de slang, iets wat we vaker hebben teruggezien. De auto’s moeten ook allemaal door de poort die duidelijk de flessenhals is. Met de fiets halen we alle autootjes die al vanaf Angkor Wat in de file stonden, in.
In Angkor Thom stond vroeger het koninklijk paleis maar daar zijn alleen ruïnes van over. Er staat nog wel een mooie tempel, Bayon, die maar liefst 37 gezichtstorens telt. Uit iedere toren zijn 4 gezichten gehakt, erg sprookjesachtig om te zien. Mooi is het om de apen over de tempelmuur te zien lopen. Er zijn nog een paar tempels die een bezoek waard zijn en er is het olifantenterras dat logischerwijs versierd wordt met olifanten. Het is een divers terrein waar we tot half 2 zoet mee zijn.
Via een omweg langs de Ta Keo, fietsen we terug naar het verhuurbedrijf. Onze fietsen oogden als veredelde vouwfietsen maar fietsten erg lekker. We hebben meer dan 110 km gefietst. Mooi dat we het op deze manier hebben kunnen doen. Lekker in ons eigen tempo met de mogelijkheid om op elk gewenst moment te stoppen.
Het was een groots complex met zeer veel diverse gebouwen. Een must-See voor de reislustigen onder ons.