namibie dag 15-18

10 november 2014 - Sesriem, Namibië

Vrijdag 7 november Swakopmund.

Dit is waarschijnlijk de koudste plek van Namibië. Met een gemiddelde van 22 graden zou dat best wel eens kunnen. Kennelijk komt de koelere lucht van de oceaan net een stukje het land in waardoor Swakopmund vaak in de wolken ligt. Vandaag was het hier opnieuw zwaar bewolkt en fris.
Vandaag doen we het rustig aan. We rijden naar Walvis bay waar we een excursie regelen voor de volgende dag en waar we even wat rondlopen langs de lagune waar zeer veel flamingo’s zitten. De grotere wat bleekjes uitziende flamingo en de beduidend rozere kleine.
We rijden nog een stuk langs de lagune, langs de zoutwinning waar nog heel veel vogels zitten zoals kluten, pelikanen, plevieren, steenlopers en piepers.
Weer terug, laten we de was doen, tanken even bij en lopen wat rond in Swakopmund. Het stadje kent een paar aardige koloniale bouwwerken maar stelt verder niet veel voor.
’s Avonds eten we schnitzel en steak bij Kuckis pub, een enorm restaurant dat net als andere restaurants helemaal vol zit met vooral veel grote groepen Duitsers. Je moet hier elk restaurant van tevoren reserveren.

Zaterdag 8 november Swakopmund.

Vandaag worden we de gehele dag vermaakt met een excursie.
‘s Ochtends gaan we met de boot het water op op zoek naar zeeleven. ’s Middags gaan we met een 4*4 de duinen in op weg naar Sandwich harbour.
De boottocht vindt plaats op een catamaran tezamen met 28 andere toeristen waaronder weer een hele grote groep Duitsers. Wij zelf hebben leuk contact met Bart en Kathleen uit Mechelen.
Omdat er wat vis wordt uitgedeeld worden we vanuit het vertrek vergezeld door de Afrikaanse witte pelikaan. Ze landden ook op de boot en zijn daardoor in volle glorie te bewonderen. Hetzelfde geldt voor de zeehond. Ook deze komen aan boord om te schooien. Eentje belandt op mijn schoot. Zijn huid is prachtig glad. Het is in onze ogen niet juist om de dieren te voeren maar een zeehond moet elke dag 10 procent van zijn lichaamsgewicht eten en ze krijgen op de boot slechts een aantal visjes dus hij zal ook nog zelf moeten jagen. Afijn, het is natuurlijk wel een leuke ervaring om zo’n beest op schoot te hebben. Wat ook geweldig is om te zien is een zeehond die in het kielzog meezwemt. De boot gaat ontzettend hard maar de zeehond kan binnen het zog zonder al te veel energie in de vaart meegaan.
Wat verder op het water zien we de gewenste dolfijnen. Ze springen uit het water en ze zwemmen rond de boot. Het blijven prachtige beesten om te zien. Op de kust van een eiland zien we honderden robben liggen. Robbeneiland dus.
We schijnen ook nog geluk te hebben dat we de mola mola zien. Wij noemen dit beest de maanvis. Het is een vis die af en toe komt bovendrijven om zichzelf op te warmen en om zijn huid schoon te laten pikken. Ik wist niet van het bestaan van de vis af maar het beest schijnt wel 2 ton zwaar te kunnen worden. Een zeer vreemd schepsel al valt dat niet goed te zien als ie drijft.
http://nl.wikipedia.org/wiki/Maanvis_(Mola)
We lunchen lux op de boot, er zijn oesters, er is champagne en heel veel andere vis- en vleeshapjes. Nadat het vanochtend opnieuw nevelig was, breekt rond de lunchtijd de zon definitief door.

Na de boottocht hebben we een pauze van een kwartier om daarna met een aantal jeeps door de duinen te crossen. Dit kun je als particulier niet doen want je hebt daar een permit voor nodig. Deze worden beperkt uitgedeeld. Kathleen en Bart zitten bij ons in de auto, het is gezellig.
We rijden eerst langs de zoutwinning waarbij we bovenop een duin een prachtig uitzicht hebben op de roze watervelden.
Het rijden door het zand met een 4*4 is een spektakel op zich. Af en toe scheuren we een zandduin op om daarna weer als in een soort achtbaan naar beneden te storten. We pauzeren een aantal keren aan de kust en boven op een duin waar we een totaaloverzicht hebben over het zand en Sandwich harbour. Er is werkelijk alleen maar zand maar wat kan dat mooi zijn. Een keer pauzeren we ongewild doordat onze jeep een lekke band heeft. We leren dat het lastig is om in rul zand een band te vervangen.
De wagens hebben het zwaar te verduren, we begrijpen waarom deze tocht wat duurder is.
Als we bijna terug zijn en als toetje een duin in zijn achteruit zijn afgereden stranden we in het zicht van de haven. Het differentieel schijnt stuk te zijn. Wij wachten de takelwagen niet af en lopen zelf in 10 minuten terug naar onze auto.
´s Avonds eten we in het overvolle, maar net als andere restaurants hier, goed georganiseerde Tug een heerlijk stukje vis. Geen mola mola want die schijnen niet te eten te zijn.

Zondag 9 november Naukluft gebergte.

We vertrekken bijtijds vanuit Swakopmund richting de bergen. Het is wederom bewolkt en fris in Swakopmund. We rijden oostwaarts dus we verwachten binnen afzienbare tijd in de warmte te zitten. Na ca. 70 km. Zien we de wolkenband overgaan in blauwe lucht. We kunnen ons weer opmaken voor 35+. De eerste 200 km gaat over een vlakte die vrij kaal is. Daarna verschijnen de eerste heuvels en wordt het landschap langzamerhand bergachtig. We rijden langs het Namib Naukluft Park, een van de grootste parken van Afrika. De bergen maken het landschap zeer mooi om doorheen te rijden. Onderweg komen we langs de mooie Kuiseb canyon.
Omdat we best aardig opschieten, ondanks dat we niet boven de 80 uitkomen, besluiten we om 100 km om te rijden langs de Spreetshoogtepas, een adembenemende pas met stijgingspercentages van boven de 20. Onze auto heeft niet zo veel pk’s maar in de 1e versnelling komen we boven. Het uitzicht is grandioos. Aan het eind van de omrit zien we nog een grote plas water, een zeldzaamheid in dit land. Hier spotten we nog de zwart-witte ibis en een lepelaar.
De camping die we hebben uitgezocht is weer van de NWR. Deze ligt aan de rand van het Naukluft gebergte midden in de natuur. Verrassend genoeg blijken er toch aardig wat mensen de weg naar de natuur gevonden te hebben. Nog verrassender is het riviertje met stromend water waar we aan staan. Het is een bodempje maar er staat water in. De overkant van de rivier is het domein van dassies en bavianen. Vanuit deze camping zijn er 2 wandelingen uitgezet, 1 van 10 en 1 van 17. We zullen morgenochtend die van 10 gaan lopen voordat we gaan rijden naar Sesriem, het uitgangspunt voor de Sossusvlei. De vallei met de rode duinen.

Maandag 10 november Sesriem.

’s Ochtendsvroeg wordt ons afvalzakje gekaapt door een baviaan. Omdat er niets van zijn gading bij zit, kunnen we het gehavende zakje een paar 100 meter verderop weer oprapen.
Om 8 uur zijn we aan de wandel. Ondanks dat het ‘maar’ 10 km is, moeten we er toch 4 uur voor uittrekken. Het eerste gedeelte is bergop waarbij we prachtige vergezichten hebben over het gebergte en de vlaktes erachter, daarna lopen we door een drooggevallen rivier. Af en toe zien we wat plasjes water. De rivier wordt omringd door steile rode rotspartijen. In elke steen zie je een mooie gelaagdheid, dit moet een paradijs voor geologen zijn. We moeten flink wat klauteren en zelfs 1 keer met behulp van kettingen de overkant halen maar na iets meer dan 4 uur door de warmte lopen zijn we terug bij de auto.
We moeten nog zo’n 2 uur rijden om bij Sesriem te komen.
Alles bij elkaar hebben we sinds Swakopmund 500 km gereden zonder ook maar 1 nederzetting tegen te komen, we zijn eigenlijk alleen maar door natuur gekomen. Wat een uitgestrektheid, het wordt straks weer wennen in ons veel te drukke land.
Helaas is het ons niet gelukt om een camping binnen de poorten van het nationale park Sossusvlei te krijgen. De enige camping, van de NWR, zat al vol. We hebben daarom de camping uitgezocht vlak voor de poort. Groot nadeel is dat je dan niet de mooie zonsopgang in de duinen kan bewonderen.